Kiekeboe
Het is tijd voor een verhaaltje uit het grote babbelboek. Ga even zitten en zeg de toverspreuk dan komt het verhaaltje, het wordt heel leuk.
‘In het grote babbelboek
zijn de letters en de kleuren zoek.
Open, toe en schudden maar…
Het verhaal is klaar, echt waar!’
Dit is het vervolg op een nestje maken
Een tijdje geleden was Kraakje de eekhoorn nog druk in de weer om een nestje te maken voor haar kleine baby-eekhoorntjes. Ondertussen is ze mama geworden en kreeg ze 3 kleintjes. Vandaag mag haar grootste baby’tje voor de eerste keer het nest verlaten. Dat vindt ze toch wel een beetje spannend. “Komaan kleintje,” roept Kraakje fier, ”kom maar naar buiten, kom maar spelen in het bos.” Samen komen ze uit het gaatje in de holle boom gekropen. Daarbinnen heeft ze vele weken voor haar baby’tjes gezorgd. De andere twee zijn nog te klein. Die moeten nog groter en flinker worden. “Eens kijken of jij al een flinke eekhoorn bent,” lacht mama Kraakje.
Het kleintje probeert helemaal alleen langs de stam van een dikke boom naar boven te kruipen. Na een paar keer proberen, blijft hij op de grond zitten. “Ik kan dat nog niet,” zeurt het kleintje. “Kom,” zegt Kraakje, ”ik zal nog eens tonen hoe het moet.” En dan… ”kijk eens mama, ik kan het!” roept het kleintje blij. “Bravo, flinke man,” roept Kraakje.
Naar beneden gaat veel gemakkelijker. “Pas op, niet te vlug!” roept Kraakje, ”straks val je nog.” Maar het kleine eekhoorntje doet het prima. Als hij beneden komt, kruipt hij terug naar boven. Het gaat al heel goed en hij vindt het superleuk. Naar boven en naar beneden en nog een keer, en nog een keer… Een echte acrobaat. Maar… ook een kleine deugniet…
Als mama eekhoorn even niet kijkt en het kleintje voor de zoveelste keer naar beneden kruipt, wil hij een spelletje spelen. Zo vlug hij kan gaat hij zich verstoppen achter de dikke boom. Als mama haar kleintje niet meer ziet, wordt ze bang. En heel ongerust. “Oh nee, hij is toch niet uit de boom gevallen!” roept Kraakje bezorgd.
Kraakje gaat overal zoeken. Ze kruipt rond op de grond. “Misschien ligt hij tussen de blaadjes op het gras?” denkt Kraakje. Maar nee, daar is hij niet. Ze springt heen en weer tussen de bomen. Dan kruipt ze omhoog naar het gaatje in de holle boom. “Misschien had hij het te koud en is hij terug in het warme nestje gekropen bij de andere kleintjes,” denkt Kraakje. Maar daar is hij ook niet. “Hé kleintje waar ben je nu!” roept Kraakje. Maar er komt geen antwoord.
“Kiekeboe!” hoort Kraakje. “Ben jij dat kleintje?” vraagt mama blij, ”waar ben jij kleine sloeber.” Maar er komt weer geen antwoord. “Kom kleintje kom maar tevoorschijn, ik was zo ongerust,” roept mama een kleine beetje boos. “Kiekeboe, ik ben hier!” roept het kleintje, ”ik heb me verstopt.” Verstoppertje spelen, is natuurlijk heel leuk maar mama Kraakje was toch wel ongerust toen ze haar kleintje niet meer vond.
“Kom maar eens hier, kleine speelvogel,” lacht mama. Ze is heel fier op haar kleintje maar nu wil zij ook weleens een spelletje spelen. “Kijk eens hier, onder de blaadjes heb ik lekkere nootjes verstopt. Als je ze vindt mag je ze hebben.” Het kleintje kruipt van de ene naar de ander kant. Hij vindt ze allemaal. “Bravo!” roept mama Kraakje, ”je bent al een flinke eekhoorn en een kleine sloeber.”
Kraakje en het kleintje genieten nog wat van de zon en de mooie witte bloemetjes in het bos. Als het bijna donker wordt, kruipen ze samen terug in hun warme nestje bij de andere kleine eekhoorntjes. Het kleintje valt direct in slaap. Hij is heel moe van buiten te spelen.
Enkele weken later zien we het kleintje weer spelen in het bos. Wat is hij flink gegroeid. Zijn vacht is heel zacht en zijn pluimstaart is ook al groot geworden. Klimmen kan hij nog altijd als de beste. Nootjes zoeken is één van zijn specialiteiten…
“Bravo!” zegt het kleintje met zijn mond vol nootjes, ”een dikke bravo voor mij. Want mama zegt dat ik al een grote flinke eekhoorn ben… maar ook een dikke sloeber… hihi!”
Wordt vervolgd!