Tellen is zo leuk!

Vervolg op nieuwtjes en weetjes

Zijn pootjes zijn weer helemaal proper. Alffartje blijft nog wat rusten op het stoeltje. De bruine kam hangt helemaal slap en zijn oogjes vallen toe. Hij is zo moe…

“Hé Alffartje,” fluistert een lieve stem. Maar Alffartje hoort het niet. Hij ligt stilletjes te snurken. Het is baasje Ingeborg die dichterbij komt. Voorzichtig geeft ze een zoentje op Alffartjes oranje snavel. “Hé kleine vriend,” lacht BI, “jij bent precies wel héél moe.” Langzaam opent Alffartje zijn oogjes. Door zijn lange wimpers ziet hij BI gehurkt zitten. “Ik heb het gelepotenpad gevolgd,” geeuwt de kleine blauwe vogel, ”en daar werd ik zo moe van. “ “Je bedoelt het blotevoetenpad,” lacht BI. “Jaja, maar ik heb poten hé,” zegt Alffartje trots. “Dikke proficiat!” juicht BI. Alffartjes bruine kam staat weer mooi rechtop. Hij heeft niet alles gedaan… maar da’s zijn kleine geheim.

“Baasje Bart zei dat ik de pijltjes moest volgen waar cijfertjes opstonden. Ik heb dat gedaan maar wat zijn cijfers eigenlijk?” vraagt Alffartje nieuwsgierig. “Cijfers heb je nodig om te tellen,” antwoord BI, “volg me maar dan zal ik het je tonen.”

Alffartje waggelt achter BI die naar het bordje met cijfer 3 stapt. “Kijkt dit is 3,” zegt BI terwijl ze de tenen van Alffartjes gele poot telt. Hij houdt zijn kopje schuin en denkt diep na. “1 2 3. Is het zo?” vraagt Alffartje terwijl hij de tenen van zijn andere poot telt. “Toppie!” lacht BI. Alffartje heeft het begrepen. Hij spreidt zijn vleugels en vliegt tot bij de dwerggeiten. “1 2 3,” roept de kleine blauwe vogel blij. “Inderdaad daar zitten drie geiten. En ze hebben elk hun eigen huisje… dus 3 huisjes,” zegt BI. “Tellen is zo leuk!” roept Alffartje. Zijn bruine kam staat helemaal rechtop. “En hoeveel ezeltjes staan er ginder in de wei?” vraagt BI. Ze opent het hek en samen gaan ze naar er naartoe. “1 2 3,” telt Alffartje fier. “Ia Ia Ia” balken de ezels. “Toppie,” lacht Alffartje, “jullie kunnen ook tellen.”

“Kom, we gaan de alpaca’s tellen!” juicht Alffartje, “tellen is zo leuk!” BI geniet van haar vrolijke vriend en volgt…

Alffartje is zo blij en fluit er een vrolijk deuntje bij. Als ze bij de afsluiting zijn, komt Merol nieuwsgierig dichter. “Oh wat zijn jullie toch groot hé,” zucht Alffartje ongerust. Maar hij blijft dapper zitten. Zijn bruine kam hangt een beetje slap. Het tellen kan beginnen.

“1 alpaca,” zegt Bi. “Ja en er komt nog 1. Da’s dan 2 alpaca’s?” vraagt Alffartje twijfelend. “Toppie! Jij kan al rekenen!” juicht Bi.” Rekenen? Wat is dat nu weer?” vraagt Alffartje en houdt zijn kopje een beetje schuin. Terwijl er nog alpaca’s komen, besnuffelt Merol onze kleine blauwe vriend. “En dat is 3 en nog 1 is dan 4”, telt Alffartje als er nog 2 alpaca’s bijkomen. “En nog 1 is 5,” telt Bi. “1 2 3 4 5 alpaca’s,” tellen Alffartje en BI samen. “Toppie!”

“Tellen is zo leuk!” juicht Alffartje terwijl hij weer zijn vleugels opent en wegvliegt naar de hokken waar veel geitjes zitten.

“We zijn al bij de geitjes geweest” zucht BI als ze ziet dat Alffartje terugvliegt.  “Ik vlieg nog eens terug want er zijn nog andere nu,” roept hij blij.

“Dat is 1 geitje en die zit een beetje alleen. Maar kijk eens daar BI,” Alffartje wijst met zijn linkervleugel naar de andere geitjes. “Amai Alffartje, ik kon je niet volgen. Ik kan niet vliegen hoor,” puft BI. “Hihihi, maar ik wel hé,” giechelt de kleine blauwe deugniet.  “Ga je ze allemaal tellen?” vraagt Bi ongelovig. “Ja natuurlijk! 1 2 3 4 5…“ Alffartje aarzelt. “6 7 8 9 10… en daar heb ik er nog gezien,” telt BI verder, “het zijn er veel hé.” Alffartje denkt na…

“Als je niet verder kan tellen zeg je dat het er veel zijn. Da’s altijd goed,” knipoogt BI. Alffartje knijpt ook 1 oogje dicht en da’s echt wel een heel gek gezicht.

“Ik wil heel graag nog verder kunnen tellen,” smeekt Alffartje met zijn kleine lieve oogjes, “want tellen is zo leuk.”

“Nu mag jij mij te volgen,” lacht BI, “spring maar op mijn schouder dan gaan we samen op stap.”

Zo wandelen ze gezellig samen door de Alffarhoeve.

“Mag ik je voorstellen… Peter Smeerpoets,” zegt BI als ze stoppen. Alffartje kijkt verbaasd en geschrokken naar boven. Zijn bruine kam hangt weer helemaal slap. “Oei oei, wat is die meneer groot,” fluistert Alffartje. “Niet bang zijn, het is geen meneer het is een oude boom” vertelt BI. “Hij staat ondersteboven in de grond met de oude wortels naar omhoog. Een kunstenaar maakte er een gezicht op.” Alffartje vindt hem best wel mooi. “Eigenlijk lijkt hij een beetje op mij. Hij heeft ook een bruine kam,” fluistert Alffartje nog een heel klein beetje ongerust. “Zijn naam is Peter Smeerpoets omdat hij zwarte vegen in zijn gezicht heeft,” lacht BI. “Is er zo maar 1?” wil Alffartje weten. “Nee nee, zo zijn er nog en ze hebben allemaal een naam,” zegt BI ”kom we gaan ze zoeken dan kan jij ze tellen.”  Alffartje gaat terug op de schouder van BI zitten. Daar voelt hij zich veilig… “En dit is 2,” zegt Alffartje als ze bij tweede boom komen. “En zijn naam is Wiebeltand’ “vertelt BI.

Zo gaan ze verder tot ze ook Grapjas, Langbeen, Bosgeest en Rasputin gezien hebben.

“1 2 3 4 5 en 6?” vraagt Alffartje aarzelend. “Toppie! Fantastisch! Je kan al tot 6 tellen” juicht BI.

Als ze even later afscheid nemen, vliegt Alffartje apetrots naar de knotwilg. Hij kijkt nog even achterom en zwaait met zijn linker- en dan met zijn rechtervleugel naar BI. “Ik heb er 2,” juicht de kleine blauwe vogel. “Toppie!” lacht BI en wandelt weg.

Onderweg komt Alffartje voorbij de vijver waar hij eendjes hoort kwaken. Ze staan aan de rand en springen 1 voor 1 in het water. “1 2 3 4 eendjes zwemmen in het water,” telt Alffartje. “Kwek kwek kwek kwek,” kwaken de eendjes. “Toppie! Jullie kunnen goed tellen,” lacht Alffartje.

Na het zwemmen waggelen ze op het gras. 1 2 3 4 … 5 want Alffartje waggelt een eindje mee terwijl hij een vrolijk deuntje fluit. “Dag 4 eendjes,” zegt Alffartje terwijl hij verder vliegt. “Kwek kwek kwek kwek,” antwoorden de eendjes.

Vanavond is het weer volle maan en komen Alffartjes beste vrienden op bezoek. Schalulleke, Chloë en Chepito zien hem al van ver staan in het licht van de volle maan.

“Ia ia ia,” balkt Chepito,” “jij bent weer zo vrolijk vanavond? Leuke dag gehad?” Alffartje zijn bruine kam staat kaarsrecht als hij naar zijn vrienden waggelt. “Een fantastische dag mijn 1 2 3 vrienden,” lacht hij. De vrienden kijken elkaar verbaasd aan. “En jij erbij is 4,” knort Chloë. “Toppie! Jij kan ook tot 4 tellen,” lacht Alffartje. “Ia ia ia ia,” balkt Chepito. “Mè mè mè mè,” mekkert Schalulleke. Alle vrienden kunnen tellen. “Hoe leuk is dit?” fluistert Alffartje nu,

want ze willen de andere dieren niet wekken. En hun afspraak bij volle maan moet zeker geheim blijven. Alffartje vertelt zijn avonturen van de voorbije dag. Daarna nemen de vrienden afscheid en zoeken  hun slaapplaats op.

Zoals altijd geniet Alffartje van de prachtige volle maan en …. van de muziek. Ja hoor, Krisje Krekel is weer op bezoek. De muziek klinkt anders …

Alffartje spreidt zijn vleugels en vliegt tot bij de plek waar hij Krisje Krekel de eerste keer heeft ontmoet. Wat kijkt hij er naar uit om zijn nieuwe vriend terug te zien en samen weer muziek te maken.

Maar Krisje is niet alleen… wie zit er naast hem en wat heeft hij vast?

Wordt vervolgd.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *